Pantoen Power (1)

Dichteres Jane Leusink is eigenhandig verantwoordelijk voor de revival van de pantoen. ‘De wat?’ Lees de recensie van Edwin Fagel elders op deze website over de nieuwste bundel van Leusink en je weet wat.

Gelezen? Prima, dan kan ik verder met de comeback van de pantoen. De Maleisische dichtvorm met 4-regelige strofen, waarvan regels 2 en 4 in de volgende strofen in hun geheel terugkeren als regels 1 en 3.
Als poëzielezer spreekt de vrije vorm mij meestal meer aan, toch werd ik door het geciteerde gedicht in de recensie (‘Aan het reizen bij verdriet’) dusdanig aangesproken dat ik zelf begon te knutselen. Net als bij haiku’s werkt de strakke vorm als een uitdaging. Creatie door begrenzing. Daarnaast is het pantoen natuurlijk een heel efficiënte dichtvorm: in het geval van Leusink hoefde zij maar 6 regels te schrijven om een 12-regelig gedicht te kunnen componeren. Dan ben je toch twee keer zo snel klaar, waarmee je verzameld werk direct dubbel zo dik wordt. Pfeijffer zou de helft begrijpelijker worden als hij de pantoen als vaste vorm zou nemen. Nasr kan met de pantoen in de hand met gemak België erbij pakken!

Na een half uurtje dichten was ik erachter dat de pantoen alleen efficiënt is als je iets onbegrijpelijks wilt creëren of gewoon een hele goede zinnenhusselaar bent. Want je kunt wel lekker twee strofen volpennen als je, zoals Leusink doet, in een derde strofe met herhalingen uit de voorgaande strofen een afronding wilt bewerkstelligen, zit je met beginzinnen opgescheept. Naarmate ik langer bezig was, ging het dichten over in puzzelen en nam mijn ontzag voor Leusink toe. Want van gekunsteldheid in het gedicht van haar is geen sprake. Haar laatste strofe komt heel organisch over. Logisch bijna, terwijl het tegelijk losstaande zinnen zijn.

Toch ontstond er na een klein uur een pantoen, waar ik een zekere mate van tevredenheid over had. Niet alleen omdat het puzzeltechnisch klopte, maar vooral omdat het inhoudelijk iets (erg anekdotisch en metaforisch doorzichtig, dat wel) voorstelde.

Ik daag hierbij dichter/recensent Edwin Fagel uit om volgende week op deze plek een volgend pantoen te presenteren. Want als elk gerenommeerd kunstmagazine aan de pantoen is, kan de Recensent niet achterblijven.

Hierbij mijn eerste pantoen:

Zo ontvangt ze me in haar brede keuken
Klapstoelen, koffie en warme honingkoeken
Genoeglijk voorspelbaar, maar leuk en
Zonder poespas of het omwinden van doeken

Klapstoelen, koffie en warme honingkoeken
Ze pakt mijn hand en dirigeert mij in de juiste richting
Zonder poespas of het omwinden van doeken
Regelrecht het zachte licht in

Ze pakt mijn hand en dirigeert mij in de juiste richting
Genoeglijk voorspelbaar, maar leuk en
Regelrecht het zachte licht in
Zo ontvangt ze me in haar brede keuken

Ricco van Nierop