• Regie: Nanni Moretti
  • Titel: Mia Madre
  • Cast: Margherita Buy, John Torturro, Barry Huggins, Giulia Lazzarini
  • Release: 03-09-2015
  • Datum bespreking: 24 September 2015

De regisseur met de grote R


De Italiaanse filmmaker Nanni Moretti is wellicht het meest bekend van zijn melodrama La Stanza del Figlio, waarin een gezin wordt geportretteerd dat worstelt met het overlijden van de oudste zoon. De film werd in Cannes bekroond met de Cannes de Gouden Palm. Of misschien van Caos Calmo, de verfliming van het gelijknamige boek van Sandro Veronesi, waarin Moretti de hoofdrol speelde, waarvoor hij bovendien het scenario schreef, maar die hij niet regisseerde. Prachtige films, maar ze zijn eigenlijk niet zo representatief voor Moretti als filmkunstenaar. Drie elementen die zijn oeuvre zo speciaal en uniek maken, ontbreken: zijn politieke bewustzijn, zijn vaak ironische spel met cinema als vertelvorm en bovenal zijn humor.

Die elementen zijn wat bijvoorbeeld zijn mooiste film Caro Diario zo de moeite waard maken. In die los aandoende, maar zeer strak in elkaar zittende dagboekfilm, rijdt Moretti op zijn Vespa schijnbaar doelloos door de buitenwijken van Rome, om plotseling aan te komen op de plek waar de grote Italiaanse regisseur Pasolini is vermoord. De film toont Moretti als een meester in het vinden van wat niet te zoeken is.

Of neem Il Caimano, over een regisseur die een politieke film probeert te maken over een op Berlusconi lijkende Italiaanse premier. Dat mislukt omdat de premier aan de ene kant zijn eigen beeldvorming zo goed controleert, en aan de andere kant volkomen onvatbaar is voor welke beeldvorming dan ook (cinema bijvoorbeeld). Maar juist in die vaak kolderieke mislukking toont zich de kern van de kwalijkheid van deze politicus. Je kunt zeggen dat Moretti er met Il Caimano in slaagde die politicus te ontmantelen door zichzelf als filmmaker te ontmantelen.

Moretti's nieuwe film Mia Madre ('Mijn moeder') is een film die op het eerste gezicht oogt als een vervolg op het melodrama van La Stanza del Figlio. Dit keer is het niet een zoon, maar een moeder die sterft, maar ook hier volgen we vooral de mensen om dat sterven heen die proberen om te gaan met dat waar je eigenlijk helemaal niet mee kúnt omgaan: de dood. Maar in Mia Madre is er, in tegenstelling tot in La Stanza del Figlio, wél ruimte voor de politieke, ironische en lichtvoetige Moretti.

Het resultaat is ernaar. Mia Madre toont Moretti in alle facetten van zijn kunnen. Het is een meesterwerk. Zijn beste film sinds Caro Diario.

De film vertelt over een regisseur, Margherita (gespeeld door Margherita Buy), die een film over een arbeidersopstand in een Italiaanse fabriek aan het maken is. Haar moeder, oud-docente Latijn, ligt op sterven in het ziekenhuis, en Margherita heeft moeite om dat feit te accepteren. Al snel is duidelijk dat Margherita sowieso moeite heeft om dingen te accepteren die niet in haar macht liggen. Ook op de set, waar ze zich precies gedraagt zoals in haar film de nieuwe Amerikaanse directeur van de fabriek zich gedraagt (een glansrol van John Torturro, die niet alleen in twee talen acteert maar ook feitelijk twee rollen speelt: die van de fabrieksdirecteur en ook die van de acteur Barry Huggins die die rol op zich neemt). Dit verband tussen de werkelijkheid van Margherita's film-in-de-film en de persoonlijke werkelijkheid van Margherita zelf wordt in het begin van Moretti's film al duidelijk, als ze kritiek uit op haar cameraman, die naar haar smaak al te verlekkerd inzoomt op het geweld van de marechaussee bij een demonstratie. Ze stelt haar regie-assistent de vraag aan welke kant de cameraman eigenlijk wil staan: van de directeur, of van de arbeiders?

Het is een vraag die ze in de film uiteindelijk aan zichzelf moet stellen. Met betrekking tot haar werk als regisseur, maar ook in haar persoonlijke leven. Ze is gescheiden, haar dochter woont bij haar ex-man, en in een mooie, korte scène maakt ze het uit met haar minnaar. We hebben vastgesteld dat het niet werkt tussen ons, zegt ze. Nee, zegt hij, dat heb jij in je eentje besloten.

Het is duidelijk: dit is een vrouw die gewend is altijd alle touwtjes in handen te hebben. En Mia Madre is een film die daar kritisch tegenover staat. Moretti's keuze voor een vrouwelijke hoofdfiguur heeft daarmee iets precairs. Het gevaar van antifeminisme ligt immers op de loer. Maar Mia Madre is niet zomaar kritiek op vrouwelijke zelfstandigheid. De gelaagdheid van de personages, van de verhaallijn en met name het personage van Ada, Margherita's moeder (Giulia Lazzarini), oud-docente Latijn en óók een toonbeeld van vrouwelijke zelfstandigheid, maken dat de film overduidelijk een meditatie is over die zelfstandigheid, die bovendien vrouwelijk én mannelijk kan zijn, en op geen enkele manier een afwijzing daarvan.

In een hilarische scène dwingt Margherita Barry Huggins in een auto te rijden terwijl het zicht op de weg door alle camera's volkomen is geblokkeerd. Een slecht idee, dat dan ook volkomen mislukt, want Huggins is zo nerveus tijdens het rijden dat hij zijn tekst vergeet. Kwaad roept ze uit: waarom heeft niemand in mijn team tegen me gezegd dat het een slecht idee is? Het antwoord luidt: we zijn te bang om je tegen te spreken. Margherita heeft haar omgeving in haar greep.

Dit wordt gespiegeld in een dramatische scène waarin ze probeert haar moeder in het ziekenhuis naar de wc te helpen. Ada zegt dat ze niet meer kan lopen. Margherita weigert dat te accepteren, waarin besloten ligt dat ze feitelijk weigert te accepteren dat haar moeder zal sterven. Als Ada toch gehoorzaamt aan Margherita's voortdurende aansporingen (je kunt zeggen: regieaanwijzingen) en haar bed uit stapt, zakt ze door de knieën. Magherita barst uit in een wanhopig en machteloos huilen, zegt sorry en dat ze het ook niet meer weet. Waarom, kun je je afvragen, zegt haar moeder niet dat wat zij wil niet kan?

Mia Madre kent vele sleutelscènes, maar de scène waarin wat mij betreft alles samenkomt, is die waarin Barry Huggins bij Margherita en haar broer Giovanni (een mooie bijrol van Nanni Moretti zelf) komt eten. Barry, die heeft lopen stuntelen op de set omdat hij zijn tekst niet kon onthouden, bekent dat hij een genetische aandoening heeft waardoor zijn geheugen slecht is. Hij toont de foto's die hij bij zich draagt van iedereen die aan de film meewerkt. Zo onthoudt hij ieders gezicht, zegt hij. Giovanni schrijft iets op de achterkant van een van die foto's: 'Luister altijd naar de regisseur'.

Giovanni weet van de onuitstaanbaarheid van zijn zus. Hij is in de film de enige die haar echt tegen durft te spreken. Wat hij voor Barry opschrijft, is dus een ironisch grapje, waarbij 'de regisseur' slaat op de regisseur aan tafel: Margherita. Maar het gaat ook over meer, over 'de Regisseur' met hoofdletter R, over het script zoals het voor je is geschreven, over het leven zoals het je wordt toebedeeld, en in dit geval dus over de aandoening van Barry. En in het verlengde daarvan over de aanstaande dood van Ada.

Er zijn dingen die, hoe zelfstandig je ook bent, buiten je macht liggen. Waartegen je je maar beter niet verzet.

Niet dat Moretti daarmee het verzet van de arbeiders in de film van Marghertia afvalt. Integendeel. In de laatste scène die wordt opgenomen, staan directeur en arbeiders tegenover elkaar. De directeur zegt: ik heb jullie klem, want als je mijn voorstel (voor het ontslag van de helft van de werknemers) niet accepteert, zul je, gezien de toestand van de fabriek, later wel akkoord gaan met een veel slechter voorstel als je je baan wilt behouden. Hij is de regisseur met de kleine r. Hij pleegt een machtsdaad. In tegenstelling tot de arbeiders, die nooit uit zijn op de positie van de directeur maar integendeel juist tegen hem zeggen: jij zult nooit begrijpen wat dit werk voor ons betekent. Zij plegen verzet door de omarming van hun realiteit, die de (gescripte) realiteit van fabriek overstijgt: de regisseur met de grote R.

Iets dat Barry ook doet als het hem in een andere filmscène door zijn aandoening niet lukt om zijn rol te spelen: 'Being an actor is a fake and shitty job! Take me back to reality!' Verlos me van deze regisseur met de kleine r, lever me uit aan die met de grote.

En het is wat Ada doet. In de magistrale slotscène van de film, als ze op haar sterfbed ligt en haar wordt haar gevraagd waar ze aan denkt. Ze antwoordt: 'Aan morgen'.

Een prachtige rol in de film is weggelegd voor het Latijn, die oude taal die de oorsprong is van onze cultuur en die tegelijkertijd niemand meer spreekt (en die zeker in Italië bovendien verbonden is aan de ultieme Regisseur). Livia, Margherita's tienerdochter (Beatrice Mancini) vraagt haar moeder waarom ze die eigenlijk moet leren. 'Wat heb je eraan?' Margherita wil haar bewegen haar Latijn serieus te nemen, maar ze weet eigenlijk niet zo goed waarom. Ze komt niet verder dan te stellen dat het vast wel ergens goed voor is. De hilariteit die dat teweegbrengt tussen moeder en dochter is een moment van verstandhouding tussen de twee, die niet zo vaak voorkomt, een verstandhouding die tot stand komt doordat ze zich beiden relateren aan iets dat groter is dan henzelf, iets dat ze niet begrijpen, en dat hen tegelijkertijd ontegenzeglijk heeft gevormd., ook omdat hun moeder en oma oud-docente Latijn is.

Later bestudeert Livia met haar oma Cicero. Het is daags voor haar sterven. Oma vertaalt samen met Livia, maar vertaalt uiteindelijk niet meer de laatste zin die ze uitspreekt. Het is een zin uit de Eerste Catillinarische Redevoering: 'Si te parentes timerent atque odissent tui neque eos ulla ratione placare posses'. Daar moet je het mee doen, als kijker, met iets dat je niet begrijpt.

Je kunt die zin natuurlijk opzoeken, als je thuiskomt, en dat heb ik ook gedaan. De vertaling luidt: 'Als je ouders jou zouden vrezen en je zouden haten en jij hen op geen enkele manier gunstig zou kunnen stemmen'. Ook dan is het nog onbegrijpelijk, want het is maar een half citaat. De rest van de zin luidt: 'zou je, denk ik, weggaan uit hun ogen, waarheen ook maar.'

Je zou kunnen zeggen dat de 'ouders' in deze zin wat betreft Mia Madre niet in de eerste plaats op moeder Ada slaan (hoewel ook), maar op de oorsprong, de realiteit zoals die je wordt toebedeeld, op het leven en de dood. Dat Margherita zich als regisseur met de kleine r daartegen probeert te verzetten, en dat ze zich daardoor niet alleen van de dood, maar ook van het leven afkeert. Maar – en dat is de meest grootse ironie in Moretti's gebruik van dit citaat en van de Latijnse taal – het is van groter belang dat wij als kijkers dat citaat niet begrijpen. En dat we er in ons onbegrip toch mee aan de slag gaan. Want de dood, die begrijpen we niet. En het leven daarom ook niet. Maar het is er, het is onze oorsprong, zoals het Latijn er is en onze oorsprong is. En in onze verbinding met dat onbegrijpelijke, niet in onze regie erover, verbinden we ons met elkaar.

De vaststelling van de arbeiders dat de fabrieksdirecteur hen niet begrijpt, moet je dan ook niet zien als een bitter eindpunt van hun gesprek. Eerder in de film zie je de verzetsleidster over de motorkap van de auto van de directeur hangen, terwijl ze hem toeroept dat hij op zijn minst eens moet komen praten. Die laatste scène tussen directeur en arbeiders, is niet het einde van dat gesprek, het is het begin. Het is waar de machtsdaad spaak loopt dat verzet de uitnodiging wordt die het in wezen altijd is.

Joost Baars