• Artiest: Anne Chris Bakker
  • Titel: Reminiscenses
  • Label: Dronarivm
  • Datum bespreking: 15 Februari 2015

en ik dacht nog wel dat mijn hart kalm was


& tussen de tuin en het meer & we waren daar, (tussen hond en wolf), op een goede avond op een moje avond om daar & niet hier te zijn. De avond rook naar jou en roodwijn en naar zekere vormen van zijn. Een zeker drijven daar, op golven doorheen de avond.

& de mens is isomorf dacht ik jou of jij mij of wij elkaar.

& de stroperige traagheid bekomt het drinken, en het luisteren bovendien.

(o luister traag mijn lief, luister zo traag als je maar kunt)

& het suizelt zo lief, ow neem deze open tsjelloklank, zo helder als water, (het water waarop dit drijven), een boot, altijd dobberend, altijd wiegelend, altijd waggelend, die eigenste boot die een regenboogkielzog trekt, weetjedatnogwel mijn lief, weetjenogwel hoe we een regenboog voeren overheen de oseaan en iedereen op de oseaan wist hier waren wij gegaan. weet je dat. weet je onze boot nog wel?

& als het ijler wordt kunnen we nog luisteren

& als het droever wordt kunnen we nog luisteren

& als het verstilder wordt kunnen we nog luisteren

& als het voller wordt kunnen we nog luisteren

Zoveel vorm. Zoveel lichaam. Zoveel dat staat in dit zweven in dit drijven.

& we zijn naakt. of bezig naakt te worden.

& we zijn dronken. of bezig dronken te worden.

& alles gaat het alles stroomt en jezus dit onophoudelijk stromen kon best nog wel ns mijn dood worden mijn lief & wees je dan zo goed en leg elke dag versche bloemekees op mijn graf.

& beethoven was doof en bach was blind en haydn was zot.

& hoe het gaat van. mjoeziek die belletjens draagt in het streelbare haar. mjoeziek die je ajen wilt. (wie was het weer die de rock n roll wilde ajen mijn lief?). mjoeziek met een vachtje. mjoeziek met lichtjens in die gaan branden als je ergens op drukt

naar

mjoeziek die treurnis druipt mjoeziek die droefnis huilt mjoeziek die stilte adem mjoeziek die het hoofd in de schoot leit en schreit.

Mjoeziek die zich rond u kringelt. Melankolie die u troost. En dan zomwijlen deze Diepere tint van Dezolaasie.

& dan op het eind weer violijn en warm en licht overal. Koesteren en zegening en schoon.

& dit dichtbij.

& dit naderen.

& wat denk je van het naderen mijn lief en wat denk je van de maan mijn lief en wat denk je van het water mijn lief en wat denk je van de mjoeziek mijn lief en wat denk je van de zeewaardigheid van onze boot mijn lief

& wat denk je van een glas mijn lief wat denk je van port uit porto mijn lief en wat denk je van de cava mijn lief die je vond mijn lief op de bodem van je kledingkast mijn lief en wat denk je van drinken op een boot mijn lief

& wat denk je van dit deinen mijn lief en wat denk je van koppende schuddende mijn lief en wat denk je van mijn lijf mijn lief wat denk je van mijn haar mijn oksels mijn knieën mijn pik wat denk je van neuken op een boot mijn lief

& kan het komen al komen misschien?

& is het gaan al gegaan misschien?

& als zo, dan is er alleen nog maar de droesem in ons glas & het Droesem hier dat de laatste der Reminiscenses is.

Zon moordde maan. Dag en zon en zee nu, en zout op je huid (mijn tong op je huid).

& dan zomaar midderdaglijk liggen op de bodem van onze boot. (op de bodem van ons dobberen). ik open mijn mond zonder te weten wat ik zeggen zal als wat ik zeggen zal blijkt te zijn: dat verhaal over Anne Bakker die violiste is en Anne Chris Bakker die laatstenacht ons drijven droeg en hoe gemakkelijk het is ze te verwarren sinds ze allebei ook iets met Machinefabriek deden maar dan sluit ik mijn mond weer want van dat laatste ben ik niet eens zeker.

& Droesem was misschien het volst. Mogelijkerwijs het sprekendst. Het houdt en wiegt en zegt dat alles goed is en de zon schenkt onze glazen weer vol. Het draagt. Het is. Het laat glijden doorheen midlucht. Kleinspianootje ook nog daar, en is mooi. Rakend aan. Aan. t Raakt aan.

(zei ik al dat - )

& neoklassiek heet dat dan mijn lief

(ook al een pianominiatuurtje hier en daar heej)

& de mikstuur ervan met ambient spelt:

(hoe labradford wilt u uw omelet?)

& is: onze boot, en de muziek, en wij

& Weet je nog hoe je me aantrof Sabine?

(die daar was een kelder, en daar leefde ik. die daar was donker, en toen - )

Toen kleuren eksplodeerden in mijn kop.

Droefnis in mijn droesem & onversneden mjoeziek in jouw haar.

Luuster es. De glorieuze duusternis.

En jezus, ik dacht nog wel dat mijn hart kalm was.

(tim donker)