• Artiest: Boxerin Club
  • Titel: Aloha Krakatoa
  • Label: Bomba Dischi
  • Datum bespreking: 19 Januari 2015

en ze zon rees & ze was van plastiek maar ze rees ze rees ze rees!


Overheen de vloer, is waar uw gedacht ligt. Aan gruizelementen dan nog. In splinters. Al uw denksels vielen niet in goede aarde maar op harde vloer kapot. Je veegt t treurend bijeen, en je zit daar maar. Op tafel voor u staat t blik waarop u uw gedachtenstukken veegde. Een stuk of wat van die gedachten-dingen zijn nog reparabel, peinst ge. Maar ook die gedachte valt alras kapot.

Hoe je ooit dacht dat je niet meer denken kon BIJvoorbeeld. Of hoe Deleuze plaudeert van een denken dat niemand (de denker niet en een ander niet) enig kwaad doet. Lettertekens die het blanco blad leesbaar maken, en wie dat toch ookalweer zei. Jean Genet aant begin van een Een Verliefde Gevangene. En hoe je eerstwijls dacht dat het Een Verliefde Gehangene was en je springend en juichend en joelend kassaweegs doorheen die winkel ging: “Die prachtige schrijver van dat prachtige Onze Lieve Vrouw van de Bloemen dacht zich een verliefde gehangene op, denkt zich een liefde op die zich door geen dood doden laat!”, en “lalaLIE” zong, en “lalaLA” zong tot je amper vijf meter van de kassa verwijderd plots bemerkte dat je de v voor een h had aan gezien. Of Theo Verhaar (ook hij nu dood), die gezeid haadt: “Bij lage temperatuur / kun je niet denken / neemt vorm geen verval aan”, en hoe je dacht, toen, : , meent die tiep dan misschien dat denken is: vorm tot verval doen gaan (je denkt je vorm tot verval)…,,, een gedachte die je heeldurdag gepuzzeld hield tot zij in het park om zeep geholpen werd doordat je brein ineens hele flarden uit Het leven van Quintus Fixlein van Jean Paul (a.k.a. Johann Paul Friedrich Richter) opboeren begon –

&

“Begin een gedachte met iets dat geen gedachte is”, zegt Stefan Themerson

“Ik ben een beetje duizelig” zeg ik tegen het raam (dat niets terugzegt)

“Het raam is blind” zegt Éric Suchère –

of dan die droom die ik vlak voor het ontwaken had, over Sabine ging die (materializeer haar, dacht ik toen de 1ste zon me wakkerpriemde, denk haar naast je), we kusten achter een deur, we renden doorheen een lange gang en stopten in een deurgat en kusten en als er al iemand voorbijkwam dan zag die ons niet, we bewogen ons langzaam doorheen die gang nu, stopten in een volgend deurgat en kusten. Er waren ramen (het raam is blind), ramen daar in die gang. Buiten was speeltuinbenodigdheden. Buiten was twee katten.

Dat is het sjokola dat je ervan maken kunt, hier op keukentafel, grajend vanaf het blik. Anders geassembleerd – op een andere tafel – vanaf een ander blik – in ander licht – op een andere dag – zou het misschien mogelijkerwijs allicht (bijwoorden van twijfel) weer andere denk-inhouden hebben opgeleverd,

denk ik.

Denk ik altemaal. In ochtend. Aan ochtendtafel. Met mun ochtendkoffie. En mun ochtendmuziek. Op mun ochtendstereo. Wat deesmaal weerkaatst tegen de randen van mijn ochtendhumeur is een resensie-eksemplaar (want dat moet ook). Aloha Kraktoa. Boxerin Club. n Stelletje Italianen, jonger dan mijn oudste paar schoenen. Indie rock flirt met Carabische ritmes, en wereldmuziek. Zegt de bio. En ik, ik zeg andere dingen.

(om te beginnen had ik die spasie al niet gezet daar, zo tussen indie en rock)

(achja vroeger vouwde ik vliegtuigjes van bio’s. daarop vloog ik dan naar Llanera, met jou)

“Is Miguel Declerq de uitvinder van het woord sterfabiliteit?”is BIJvoorbeeld zoon Ander Ding dat ik vraag aan zeg tegen die daar seedee,

of “de samenhang is een constructie die het zinvolle betreft” zeggen, of “& wat voor nachtelijke impressies?”. Misschien “Hoeveel loopruimte bruikt het schrijven eigenlijk?”

Of zeggen: “Cartoonisme is bijna de allerlaagste manier om je punt te maken. Het enige dat daar nog onder komt is terrorisme”, en DAN es kijken hoe die daar aloheren, krakatoëren, hoe die Boxerinners p’sies spreken gaan.

Maar dan weer – Dit is geen seedee die in eerste plaats plauderen wil. Je praat er beter heeltemaal niet mee. Nicht räsonieren mit dieser tseedee.

Wat dit dan is ik zal u zeggen wat dit dan is. Vijf jonge gasten dus, en ja iets wereldmuziekachtigs op zeker. Vergeet die indierock rustig. Vergeet rock in zijn geheel. Kariebiese rithmes je krijgt ja. Salsa rhumba calypso hoe heet dat altemaal, ik ken daar niet zoveel van. De belachelijkheid heet dat dan wereldmuziek te heten; als het niet meteen als utra-“westers” gedoodverfd kan worden is het van de wereld. De muziek is van de wereld en de wereld is van muzie – hie – hiek. Maar het is niet echt wereldmuziek ook, het is de idee van wereldmuziek. Wereldmuziek uit de etalaazje. Het sjoomodel.

Dusja.

Je krijgt the feest.

Je krijgt the zonnetje (ah the zonnetje).

Je krijgt the drankje met the parapluutje.

Je krijgt the strand en the falderie om te verzuupen in the joechei.

Je krijgt het althemaal.

Laat hier je raasjoo op los. Laat hier je denken bij verwijlen. Zeg me of je raden kunt wat er dan zoal gezien wordt.

Wat er dan zoal gezien wordt. Bij die vijf gasjes die misschien (nog) geen platendeal hadden moeten krijgen. Kliesjees die met kruuwagens tegelijk weggebold kunnen worden. Een nogal slechte zang met een vet aangezet steenkolenengels (misplaatst eksotisme? het tropies zweertje nog maar eens goed in de verf zetten?) (before you falls in too many pieces I’ll take you home & dat met mijn gedacht in gruizelementen daar op de vloer jaja als joe in toe mennie pieces falls dan is deze really stand up guy er voor je hoor). Gelijkvormigheid troef; na een nummer of drie blijft een herhaling van zetten over en tegen het eind heb je al het gevoel dat je de hele seedee al vier keer achtereen hebt gehoord. Een hoge irritasievaktor. Geen beetje durf, niet het minste stekeltje prikkeltje of porretje. Laat staan een heel klein beetje rock om het af te maken.

(ter illustraasie, èèn domme titel, de domste: (Boys Are Too) Lazy. ik zou denk ik nooit een seedee kopen waar een nummer op staat met zoon titel. u?)

Maar strijk èènmaal (of ten hoogste twee keer) over uw verharde hart en wat er dan gezien wordt:

dattut in al zijn knulligheid en lulligheid ook wel een bepaalde ontwapenende sjarme heeft misschien

&

de band is jonk (zei ik al dat de band jonk was?) en wij vergeven de jonkheid hun feilen en hun stuurloze antoezjasme zoals de jonkheid ons ons sienisme vergeeft

&

de gemiddelde gebruiker van dit soort muziek stelt waarschijnlijk sowieso al niet teveel eisen aan plaatjes gelijk deze

&

the zon in the kamer en the drankje en the parapluutje en kleinstwijle niet uw gedacht hoeven horen stukvallen op harde vloer (want je zette de stereo op tien en je begon al een beetje dronken te worden) is ook wat waard.

“Dus”

, als Peer Wittenbols zegt,

(die uit Bergen op Zoom, u weet)

(die van Toneelgroep Oostpool, u weet)

(uit Arnheim, u weet, toneelgroep die)

(Arnheim waar ofnee laat maar)

welja – “dus”

als Peer Wittenbols zegt,

“haal de lolbroek uit het vet, / Pap het haar en schik de lurven, / kneed de knuisten om de beurs”

(“Shake it and I’ll buy you a Cadillac”, zong die vullik van een Sunnyland Slim, ieverans in 1952, als ik me hier niet heel erg sta nee zit nee hang te vergissen. Tegenwoordig bieden ze niet meer dan een smartphone, Sunnyland!)

en bestel u nog the drankje met nog eens the parapluutje

sluit uw ogen en doe alsof u kruisdiep in zwembadwater staat

en probeer het een heel klein beetje leuk te vinden.

Met Aloha Krakatoa op de stereo zou dat zomaar gemakkelijker kunnen lukken dan u nu allicht denkt.

(tim donker)